Neem contact op
555-555-5555
mymail@mailservice.com

DE RAAD VAN MEDE-EIGENDOM (RME)


De raad van mede-eigendom, waakhond van de VME, maar in tegenstelling tot wat wel eens wordt gedacht één zonder bestuurs- en beslissingsbevoegdheid.


dinsdag 16 april 2024 - door Peter Leyseele


Bron: De Vrijwillige Syndicus



In de praktijk komt het voor dat een raad van mede-eigendom zich tegenover de andere mede-eigenaars, en niet in het minste tegenover de syndicus, als een kasteelheer gedraagt. 

Dit vanuit de gedachtegang van haar leden dat ze over een even sterke positie en bevoegdheid beschikken als de bestuursleden van een vennootschap. Dit is echter een grote misvatting. 

In dit artikel scheppen we in het kort klaarheid. 

 

De oprichting van een raad van mede-eigendom, wettelijk verplicht orgaan versus facultatief orgaan 


Onder de wet van 30 juni 1994 betrof een raad van beheer (nu raad van mede-eigendom) altijd een facultatief orgaan. 

Hierin kwam gedeeltelijk verandering door de wet van 2 juni 2010. 

Sinds deze wetswijziging moet er in elk gebouw en in elke groep van gebouwen met meer dan 20 kavels (met uitzondering van parkeerplaatsen, garages, kelders/bergingen) verplicht een raad van mede-eigendom aanwezig zijn. De oprichting ervan gebeurt m.a.w. van rechtswege. 

Voor gebouwen met minder dan 20 kavels (met uitzondering van parkeerplaatsen, garages, kelders/bergingen) blijft de oprichting van een raad van mede-eigendom facultatief. 

Is het de wil van één of meerdere eigenaars om een raad van mede-eigendom op te richten, dan komt het aan het hoogste orgaan binnen de vereniging van mede-eigenaars (VME) toe, met name aan haar algemene vergadering (AV), om hierover te beslissen. 


Opmerking 


Voorafgaande lezing in de statuten, meer bepaald in het reglement van mede-eigendom, is steeds noodzakelijk. Hierin kan immers de verplichting tot het installeren van een raad van mede-eigendom zijn opgenomen. 

Tenzij expliciete andersluidende beslissing van de AV, moet deze statutaire bepaling worden nageleefd. De inhoud van de statuten vormt immers een toetredingsovereenkomst waaraan alle leden van de VME en bij uitbreiding ook derden (zoals bijvoorbeeld huurders) zich moeten houden. 

Wijzigen aan dit reglement door de vergadering beslist, moeten het voorwerp uitmaken van een notarieel wijzigende statuutakte. 


Beslissingsmeerderheden 


Gaat het om een mede-eigendom waarvan de oprichting van een raad van mede-eigendom rechtstreeks volgt uit de wettelijke bepalingen of gaat het om een gebouw waarbij de oprichting in de statuten werd voorzien, dan moet de AV enkel nog beslissen over het aantal leden dat in de raad zal zetelen, de aanduiding van een eventuele voorzitter en de aanstelling van de raadsleden. 

Zowel over de oprichting van een raad van mede-eigendom als over de benoeming van haar leden wordt beslist met een volstrekte of absolute meerderheid (50+1). 

Voor wat de benoeming van de leden betreft, bepaalt artikel 3.90, §3 van het Burgerlijk Wetboek dat elk afzonderlijk lid voldoende stemmen achter zijn naam moet krijgen. 


Opmerking 


Ook het aantal leden, best in oneven aantal om bij het nemen van beslissingen een patstelling te vermijden, een voorzitter, een eventuele plaatsvervangende voorzitter, enzovoort kunnen statutair zijn vastgelegd. 


Wie kan deel uitmaken van de raad van mede-eigendom? 


Artikel 3.90, §1 van het Burgerlijk Wetboek bepaalt onder meer dat de titularissen van een zakelijk recht die stemrecht hebben in de AV lid kunnen zijn van de raad van mede-eigendom. 

Naast de “volle” eigenaars, kunnen ook de onverdeelde mede-eigenaars en de blote eigenaars als de houders van een beperkt recht van erfpacht, opstal, vruchtgebruik, gebruik of bewoning op een kavel deel uitmaken van de raad van mede-eigendom. 

De professionele noch de niet-professionele syndicus in zijn hoedanigheid van mede-eigenaar kunnen lid zijn van de raad van mede-eigendom. 

Aangezien de wet dit niet expliciet verbiedt, kan in principe ook een rekeningcommissaris deel uitmaken van de raad van mede-eigendom doch dit wordt om evidente redenen best vermeden. 


Er wordt geen raad van mede-eigendom geïnstalleerd – Tussenkomst van de rechter 


Het komt in de praktijk wel eens voor dat er helemaal niet wordt overgegaan tot het activeren van de raad van mede-eigendom, dat er geen kandidaat of te weinig kandidaten worden gevonden of dat geen enkele kandidaat of te weinig kandidaten de benodigde meerderheid achter zijn/hun naam krijgt/krijgen. 

In die gevallen kan de bevoegde rechter worden gevat. 

Dit in toepassing van artikel 3.90, §1 van het Burgerlijk Wetboek dat inzake letterlijk het volgende vermeldt: 

“In afwachting van de oprichting en de samenstelling van de verplichte raad van mede-eigendom, kan elk lid van de algemene vergadering een rechtsvordering instellen tegen de vereniging van mede-eigenaars om één of meer mede-eigenaars of, op kosten van de vereniging van mede-eigenaars, een derde aan te wijzen die de opdrachten van de raad van mede-eigendom uitvoert.” 


Duurtijd van het mandaat 


Het mandaat van een lid van de raad van mede-eigendom is beperkt in de tijd. 

De appartementswet bepaalt dat het mandaat loopt tot de volgende gewone AV. Met gewone AV wordt de jaarlijkse AV bedoeld die eenmaal per jaar moet worden georganiseerd. 

Het mandaat van een uittredend lid kan door een beslissing van de AV wel worden vernieuwd. 

 

Wettelijke taken en opdrachten – Controle- of toezichtsbevoegdheid versus bestuurs- en beslissingsbevoegdheid 


Anders dan wat wel eens door bepaalde leden van een raad van mede-eigendom wordt gedacht, is een raad van mede-eigendom enkel en alleen een controleorgaan en dus geen beheers- of beleidsorgaan. 

Een raad van mede-eigendom beschikt dan ook niet over een bestuursbevoegdheid noch over een beslissingsbevoegdheid. 

Haar wettelijke opdracht beperkt zich tot het erop toezien dat de syndicus zijn wettelijke, statutaire en eventuele conventionele taken en opdrachten correct uitvoert. 

Haar enige bevoegdheid wordt binnen de appartementswet in artikel 3.90, §1 als volgt omschreven: 

“[…]Die raad, waarvan de titularissen van een zakelijk recht die stemrecht hebben in de algemene vergadering lid kunnen zijn, heeft als opdracht om erop toe te zien dat de syndicus zijn taken naar behoren uitvoert, onverminderd artikel 3.91.[…].” 


Wanneer de raad van mede-eigendom voor de correcte uitvoering van haar controletaak het noodzakelijk acht, mag zij - na de syndicus op de hoogte te hebben gebracht - kennisnemen en kopie maken van alle stukken of documenten die verband houden met het beheer van laatstgenoemde of die van belang zijn voor de mede-eigendom. 


De controle- of toezichtsbevoegdheid houdt evenmin in dat zij zich in de plaats mag stellen van andere organen, zoals de commissaris van de rekeningen. Het is haar dus niet toegelaten om het nazicht uit te voeren van de rekeningen. Deze taak is conform de dwingende wet exclusief voorbehouden aan de rekeningcommissaris(sen). 

Een raad van mede-eigendom kan ook niet zomaar, zonder daarvoor te zijn gemandateerd door de AV waarbij het dan niet mag gaan om taken en opdrachten die bijvoorbeeld dwingendrechtelijk aan de syndicus worden toebedeeld, eenzijdig in naam en voor rekening van de VME beslissingen nemen noch handelingen stellen die haar juridisch zouden kunnen verbinden. 


Zo werden onder meer alle beslissingen van een AV vernietigd omdat de raad van mede-eigendom niet over een bevoegdheid beschikt om zelf, zonder medeweten en dus zonder tussenkomst van de syndicus, een jaarlijkse AV samen te roepen (Vredegerecht 1ste kanton van Antwerpen – 1 april 2015). 

In zijn vonnis van 21 september 2012 floot de vrederechter van Turnhout de delegatiebevoegdheid van twee leden van de raad van mede-eigendom terug. Die bestond erin dat deze twee leden zonder verdere tussenkomst van de AV en zonder dat de eigenaars voorafgaand inzage in het document hadden gekregen, bindend de inhoud van de beheerovereenkomst konden goedkeuren. 

De vrederechter van Veurne vonniste op 28 mei 2019 dan weer dat fouten opgenomen in de oorspronkelijke notulen (die tijdens de vergadering moeten worden opgemaakt) enkel en alleen door de AV kunnen worden rechtgezet en geenszins door de raad van mede-eigendom. Hieraan mag juridisch geen waarde worden gehecht. 


Delegatiebevoegdheid – Bijzonder mandaat 


In bepaalde gevallen kan aan de leden van de raad van mede-eigendom een bijzonder mandaat worden gegeven. 

Dit kan enkel en alleen door middel van een beslissing van de AV die daarover beslist met een meerderheid van minstens twee derde van de stemmen. 

Het mandaat mag evenwel geen afbreuk doen aan de wettelijke bevoegdheden van de syndicus, de AV en de commissaris van de rekeningen. 

Bijkomend geldt de door de AV verleende opdracht of bevoegdheidsdelegatie slechts voor de uitdrukkelijk vermelde handelingen. De duurtijd van het mandaat wordt beperkt tot één jaar. 


Aansprakelijkheden van de leden van de raad van mede-eigendom - Aansprakelijkheidsverzekering 


Leden van de raad van mede-eigendom die niet binnen de perken van hun gegeven mandaat blijven of die hun bevoegdheid overschrijden, kunnen daarvoor aansprakelijk worden gehouden. 

Dit zowel door de VME (voorbeeld: de AV gaf een mandaat om een offerte goed te keuren voor een maximum bedrag van €5.000 maar er wordt een offerte voor akkoord ondertekend voor €7.000) als door derden, waaronder de individuele mede-eigenaars (voorbeeld: een lid van de raad van mede-eigendom i.p.v. een schadelijdende mede-eigenaar ondertekent het PV van schadevaststelling voor een bedrag van €3.000, waarna de eigenaar aantoont dat zijn werkelijke privatieve schade €8.000 bedraagt). 

Het betreft hier steeds een persoonlijke aansprakelijkheid. Een raad van mede-eigendom is immers geen entiteit met een eigen rechtspersoonlijkheid, waardoor de leden in persoonlijke naam zullen worden aangesproken. 

Het kan gaan om een burgerrechtelijke en/of een strafrechtelijke aansprakelijkheid. 

Gelet op de aansprakelijkheidsrisico’s waarmee de leden van de raad van mede-eigenaars geconfronteerd kunnen worden, is het geen overbodige luxe om een aansprakelijkheidsverzekering voor alle leden af te sluiten. 

Naar analogie met deze van de niet-professionele syndicus, lijkt het ons vanzelfsprekend dat de premie betaald wordt door de VME wanneer de leden geen vergoeding ontvangen. Een raadslid dat wel wordt vergoed, neemt de premie voor eigen rekening. 


Kwijting 


Wordt op de agenda van de (jaarlijkse) vergadering het punt ‘kwijting’ opgenomen en wordt de kwijting verleend, dan geeft de vergadering te kennen dat zij akkoord gaat met de door de raad van mede-eigendom uitgevoerde opdracht(en). In voorkomend geval doet de VME afstand van een mogelijke aansprakelijkheidsvordering. 

De vergadering kan kwijting geven aan alle leden van de raad van mede-eigendom maar zij kan ook beslissen om aan bepaalde leden geen kwijting te verlenen. 

 




Wat is de rol van de raad van mede-eigendom (RME)?


Woon je in een appartement of heb je er pas een gekocht? Dan heb je waarschijnlijk wel al van de raad van mede-eigendom (RME) gehoord. Vaak verwarren appartementsbewoners dit orgaan met de vereniging van mede-eigenaars (VME). Wat is de raad van mede-eigendom en wat doet ze? We geven je een woordje uitleg.


De RME heeft twee taken: erop toezien dat de syndicus zijn taken goed uitvoert en bijstand verlenen. Het is mogelijk dat de RME nog andere bevoegdheden krijgt.


De taak van de RME wordt in de wet omschreven als: ”de syndicus bijstaan en toezicht houden op zijn beheer”. Een raad van mede-eigendom heeft wettelijk geen enkele autonome beslissingsbevoegdheid! Zij kan alleen voor wel omschreven doeleinden of voor een beperkte duur de bevoegdheid van de algemene vergadering krijgen om handelingen te stellen. De syndicus blijft als enige aansprakelijk voor zijn beheer.

De RVM moet erop toezien dat de syndicus zijn taken naar behoren uitvoert. Zij controleert dus de werkzaamheden van de syndicus en kan hem ook helpen bij het uitvoeren van zijn opdracht. Het financieel beheer van de VME is niet de taak van een RME, maar van de commissaris van de rekeningen.


De RME is géén bewonersvereniging. Hij houdt zich niet bezig met het organiseren van ontmoetingen tussen de bewoners of tuinfeestjes, het uitzoeken van de beste loodgieter, elektrieker of chauffagist, toezicht op het niet-naleven van de corona-regels, het organiseren van beurtrollen om, in tijden van corona, de deurklinken, liftknoppen enz. te ontsmetten, en zo verder.



Wanneer wordt er een RME opgericht?


In principe kan er in ieder appartementsgebouw een RME worden opgericht. Bij gebouwen waar er 20 kavels of meer zijn (kelders, garages of parkeerplaatsen worden niet meegeteld), is het verplicht om op de eerste algemene vergadering een RME op te richten. Komen er op de algemene vergadering geen kandidaten naar voor? Dan moet de syndicus hier melding van maken in de notulen. Op die manier heeft hij de mede-eigenaars gewezen op hun wettelijke verplichtingen en is hij ‘safe’ naar zijn eigen verantwoordelijkheid toe.


Bij kleinere gebouwen is een RME niet verplicht. Wil je er toch één oprichten? Dan moet er op de algemene vergadering gestemd worden. Hiervoor heb je een tweederdemeerderheid van de stemmen nodig. Deze meerderheid geldt voor de oprichting van de raad, maar niet voor de latere verkiezingen van de leden ervan.


Wie mag er in de RME zitten?


Enkel en alleen mede-eigenaars mogen lid zijn van de RME, in tegenstelling tot de functie van de syndicus. Het begrip ‘eigenaars’ wordt ruim opgevat, waardoor ook naakte eigenaars en vruchtgebruikers kunnen zetelen in deze raad.


In de wet staat niet voorgeschreven hoeveel personen lid kunnen of moeten zijn. In de praktijk zijn er dit minimum twee. Best werk je met een oneven aantal om patstellingen te vermijden. Zijn er hierover regels vastgelegd in het reglement van interne orde? Dan moet je deze uiteraard volgen. De syndicus mag bovendien niet tegelijkertijd lid zIJn van de RME en syndicus zijn. 


Bij gebouwen waar er 20 kavels of meer zijn, is het verplicht om op de eerste algemene vergadering een RME op te richten.


1. Toezicht: enerzijds toezicht op de administratie en anderzijds op het technische en bouwkundige beheer van de residentie. De RME kan kennisnemen van alle stukken die verband houden met het beheer door de syndicus of met het mede-eigendom en mag hier kopieën van maken. Als de raad dit doet, moet ze dit wel op voorhand melden aan de syndicus.


2. Bijstand: de RME mag bijstand verlenen aan de syndicus door mee bestekken op te vragen, te helpen bij de opstelling van de begroting, …


3. Bijkomende bevoegdheden: de RME kan aan de syndicus vragen om bepaalde punten op de agenda te zetten van de algemene vergadering.

Daarnaast kan deze raad ook extra bevoegdheden krijgen als dit wordt goedgekeurd op de algemene vergadering met een drievierdenmeerderheid. Deze bijkomende opdrachten zijn slechts voor 1 jaar. Wees wel waakzaam dat dit geen bevoegdheden zijn die al aan de syndicus zijn toebedeeld.



Wie controleert de RME?


De RME controleert de syndicus, maar wie controleert deze raad? De RME moet verplicht elk jaar verslag uitbrengen aan de andere mede-eigenaars over de uitoefening van haar taak. De wet zegt niet hoe je verslag moet uitbrengen, maar uiteraard doe je dit best schriftelijk, bijvoorbeeld per e-mail. Zo voorkom je achteraf problemen, want je hebt een schriftelijk bewijs.

Is de RME aansprakelijk?

Hoe zit het met de mogelijke aansprakelijkheid van de leden? Als de RME een zware fout maakt, bedrog pleegt of haar bevoegdheid overschrijdt, dan kan ze hiervoor aansprakel k gesteld worden. Omdat de RME zelf geen rechtspersoonlijkheid heeft, worden de individuele leden persoonlijk aansprakelijk gesteld.

Voor de RME bieden vaak de meest geëngageerde mede-eigenaars zich aan. Het is wel belangrijk dat je stilstaat bij de eventuele aansprakelijkheid die hierbij komt kijken. Omdat de leden persoonlijk aansprakelijk gesteld kunnen worden, denk je als lid best na over een aansprakelijkheidsverzekering. De VME kan deze verzekering eventueel financieren.

Bron: Livios



Competenties van de leden van de RME


Een lid van de raad van mede-eigendom moet over verschillende competenties beschikken om zijn/haar rol goed te kunnen vervullen. Hier zijn enkele voorbeelden van vaardigheden en kennis die van belang kunnen zijn:


Juridische kennis: Het is belangrijk dat een lid van de raad van mede-eigendom op de hoogte is van de wettelijke bepalingen met betrekking tot de mede-eigendom en de rechten en plichten van mede-eigenaars.


Financiële kennis: Een begrip van boekhouding, begrotingen, belastingen en andere financiële kwesties is essentieel voor het begrijpen van de financiële toestand van de mede-eigendom en het nemen van beslissingen over de begroting.


Communicatievaardigheden: Het is belangrijk dat een lid van de raad van mede-eigendom goede communicatieve vaardigheden heeft om effectief te kunnen communiceren met andere mede-eigenaars en betrokken partijen.


Conflictbeheersing: Een lid van de raad van mede-eigendom moet in staat zijn om conflicten te identificeren en op te lossen, en om effectief te kunnen omgaan met situaties waarin er onenigheid is tussen mede-eigenaars.


Organisatorische vaardigheden: Het is belangrijk dat een lid van de raad van mede-eigendom goed georganiseerd is en in staat is om taken te plannen, te coördineren en te delegeren.


Besluitvorming: Een lid van de raad van mede-eigendom moet in staat zijn om weloverwogen beslissingen te nemen op basis van de beschikbare informatie en de behoeften van de mede-eigendom.


Technologische vaardigheden: Een goed begrip van technologie en digitale systemen kan nuttig zijn bij het beheren van documenten, communicatie en andere administratieve taken.


Interpersoonlijke vaardigheden: Een lid van de raad van mede-eigendom moet in staat zijn om effectief te communiceren, samen te werken en relaties op te bouwen met andere mede-eigenaars, professionals en belanghebbenden.




Vergoeding raad van mede-eigendom: wat zijn de regels?

Juli 28, 2022

Bron: https://www.quimmo.be/artikels/vergoeding-raad-van-mede-eigendom-regels#google_vignette


Wie in de raad van mede-eigendom zit, doet een extra inspanning ten voordele van de vereniging van mede-eigenaars en het hele gebouw. Maar hoort er ook een vergoeding bij die inspanning? Wij leggen het uit.

De raad van mede-eigendom is een verplicht bestuursorgaan in een mede-eigendom met meer dan 20 kavels. Haar hoofdtaak: het controleren van de syndicus en ingrijpen waar nodig. In de ene mede-eigendom doet deze reed echter meer dan in de anderen. De Algemene Vergadering kan haar immers extra bevoegdheden toewijzen die voor een hogere werklast zorgen. Voor wat, hoort wat en dan zit je met de vraagstuk van de vergoeding voor de raad van mede-eigendom. Mag dit? Hoe pak je dit aan? Hoe hoog is de vergoeding? Wij geven een antwoord op deze vragen.

Vergoeding raad van mede-eigendom: verplicht of vrij te kiezen?


Om te beginnen, is een vergoeding voor de leden van de raad van mede-eigendom geen verplichting. De wetgeving vermeldt namelijk nergens dat zij een vergoeding moeten krijgen. Het is aan de vereniging van mede-eigenaars om te beslissen of de raad van mede-eigendom al dan niet vergoed wordt voor hun prestaties. Op de jaarlijkse algemene vergadering bepalen zij of er een vergoeding komt en wat deze zal bedragen. Een stemming zal het eindresultaat bepalen.

Vergoeding raad van mede-eigendom: wettelijke vereisten


Als er overeen wordt gekomen om de raad van mede-eigendom een vergoeding te geven, horen hier natuurlijk bepaalde vereisten bij. Soms wordt er gekozen voor een forfaitaire vergoeding die wordt toegekend bij wijze van onkostenvergoeding. Een andere optie is een vrijwilligersvergoeding voor elke persoon die zetelt in de raad van mede-eigendom, met het bijbehorende contract. Hoe dan ook, moet deze vergoeding in de boekhouding van de VME komen. Net zoals de meeste gemeenschappelijke kosten, wordt de bijdrage van elke individuele mede-eigenaar hier gebaseerd op de quotiteiten in de mede-eigendom.

Vergoeding raad van mede-eigendom: bedrag aanpassen of schrappen


De ene mede-eigenaar is de andere niet. Soms wordt een eigendom verkocht en mag je een nieuwe mede-eigenaar verwelkomen. Die moet het daarom niet eens zijn met de vergoeding voor de raad van mede-eigendom. Om de vergoeding voor de raad van mede-eigendom aan te passen of te schrappen, is er niet meer nodig dan een agendapunt op de AV. Daar kan je de vergoeding bespreken en aanpassen, mits een gunstige stemming. Er is tenslotte geen wettelijke richtlijn voor deze vergoeding, waardoor deze volledig bepaald kan worden door de vereniging van mede-eigenaars.




                                                   

Share by: